Zweepslag (kuitspier): klachten, oorzaken & herstel
Een plotselinge, felle pijn in de kuit tijdens het sporten of lopen? Dit kan wijzen op een zweepslag, een gedeeltelijke spierscheur in de kuit. Dit komt vaak voor bij explosieve bewegingen zoals sprinten of springen. De specialisten van De Fysioclub helpen je met een effectieve fysiotherapeutische behandeling voor een snel en verantwoord herstel. Lees hier alles over de oorzaken, symptomen en behandelmogelijkheden.
Zweepslag (kuitspier): klachten, oorzaken & herstel
Voelde je tijdens het sprinten, afzetten of springen een plots scherpe pijn in de kuit, alsof iemand ertegen trapte? Dat past bij een zweepslag (gedeeltelijke spierscheur van de kuit). Met uitleg, slim doseren en een gerichte kracht- en loopopbouw kom je veilig en snel terug op niveau.
Herkenbare klachten
- Acute, stekende kuitpijn bij afzet/sprint; soms “knapje” gevoeld/hoord
- Moeite met afwikkelen en op de tenen staan; soms blauwverkleuring/zwelling
- Drukpijn in de spierbuik of over de overgang naar de achillespees
- Stijfheid de eerste dagen, daarna geleidelijk herstel bij juiste dosering
Waardoor ontstaat het?
Meestal door een explosieve belasting (sprint, sprong, abrupt afremmen) op een vermoeide of onvoldoende voorbereide kuitspier. Risico’s: weinig warming-up, voorgaande kuitblessure, belastingpieken en onvoldoende kracht/controle in kuit en heup.
Wat kun je nu zelf doen?
- Rustig belasten: tijdelijk geen sprinten/sprongen; loop op comforttempo (zonder hinken).
- Zwelling/pijn: koel naar behoefte in de eerste 48 uur; leg het been hoog bij zwelling.
- Vroege activatie: lichte pompbewegingen enkel; korte wandelingen; zachte kuitrek binnen pijngrens.
- Opbouw: voeg elke 48–72 uur één stap toe als napijn <3/10 blijft en binnen 24u normaliseert.
Behandeling: doelen per fase
We combineren uitleg, belastingregulatie, kuit- en heupkracht (excentrisch/concentrisch), sprong-/landingstechniek en loopscholing. Doel: pijnvrij afwikkelen, sprinten en sporten zonder terugval.
| Fase | Doelen & aanpak |
|---|---|
| 1. Kalmeren (0–7 dgn) | Pijn/zwelling reduceren; normaal looppatroon; enkelpomp; zachte mobiliteit; isometrische kuitactivatie pijnarm. |
| 2. Kracht & mobiliteit | Excentrisch → concentrisch kuit (recht/gebogen knie); heup-/rompkracht; enkel/voetmobiliteit; stapduur vergroten. |
| 3. Hardloop & plyo | Interval joggen → tempo’s; calf raise-progressies; sprong/landing; richtingveranderen; sport- en werkspecifiek. |
| 4. Terugkeer & preventie | Sprint/versnellen/fatiguerende drills; onderhoudsprogramma 2–3×/week; terugvalstrategie (belasting/napijn). |
Bij vermoeden op complete ruptuur of uitblijvend herstel stemmen we af met je (huis)arts voor echo/verdere beoordeling.